Column van Polly

Mathieus Worsteling!

Morgen moet je een medaille halen in de voor een wielrenner unieke mogelijkheid in een eendagswedstrijd. Je bent één van de favorieten, dus bidons halen doet een ander voor. Je doet er alles voor: traint je de blaren op je hielen, je past je voeding minutieus aan en je maakt een vliegreis van duizenden kilometers, businessclass natuurlijk om je rug te ontlasten. Wel eens een uur of twintig gevlogen achter elkaar?

Corona blijft bij KLM stiekem op de loer liggen en je raakt door de vliegtuigairco verkouden als je Down Under bent. Je tijdelijke ploegmaats vinden het niet leuk als je hen mogelijk besmet. Daarom kruip je in een kamer bij je vriendin. Je gaat vroeg naar je eenpersoonsbed, het wordt later een brits en dagen later een boete. Een echte 3xB-beweging. Carolien van der Plas wordt er al boos om. Je vriendin ligt op het matje naast je bed.

Ze weet dat ze je niet mag aanraken. Je moet slapen. Het is maar een NOVOTEL, maar toch, de bedden zijn goed. Morgen gezond er weer op.

Twee klierende tienermeisjes hebben een spelletje bedacht. Herrie maken in de gang en op de deur van de buren kloppen. Als er wordt opengedaan, hard weglopen. Zo trokken we vroeger in onze straat belletje bij de buren. Daar moest de buurman ook vroeg uit de veren.  Op de fiets ook, naar de fabriek tien kilometer verderop, zonder versnellingen met terugtraprem. Dat was ook een prestatie. Maar als-tie je te pakken kreeg, was je zeker niet jarig. Die opgelopen oorvijg deed wel pijn, maar je verzweeg het voor je eigen vader, want die wist dan ook het andere oor te pakken.

De ouders van de kangoeroemeisjes slapen (?) in de kamer ernaast.  Van het geluid dat ze horen uit de kamer van dochterslief, is hun idee dat die naar een horrorfilm op televisie keken. Met vervelende klopgeesten zeker? Ja, ook dat is heel normaal in Australië: Tienermeisjes die de hele nacht horrorfilms kijken. Die kunnen wel een stootje hebben, toch?

Van der Poel wordt soms in een venijnige sprint door Wout van Aert geklopt, maar wordt nu door stomvervelende kinderen wakker geklopt: niet één keer, wel vier keer. Hij weet dat zijn zilveren medaille morgen op het spel staat. Evenepoel gaat winnen, maar zilver is ook leuk, zeker als je een Olympische medaille door een stom ongeluksplankje hebt gemist.

Natuurlijk stuur je je vriendin niet naar de deur. Wanneer die haar mond open trekt, staat het Novotel op zijn kop. Het overkwam mijn vrouw en mij in de jaren negentig in een toeristenhotel in Alanya. Moe van een dagje strand wilde je slapen om de volgende dag weer uitgerust op het strand te kunnen zonnen. Da’s zwaar en vermoeiend. Een stuk of twintig Turkse jongens en meisjes dachten er heel anders over. Ik weet niet of ze van hun ouders of Allah alcohol mochten drinken, ze hadden er die avond in ieder geval beslag weten te leggen.  De schoolbegeleiders dronken dapper mee. De niet bepaald leuke muziek denderde door de hotelgang. Het geschreeuw werd steeds harder en na een uur stuurde ik mijn vrouw erop af. Nou, dan escaleert zoiets heel snel, ook al spreekt ze geen woord Turks. De receptie deed helemaal niets, we waren immers maar toeristen en toentertijd sprak men nog maar weinig Engels.

De manager bood een dag later zijn excuses aan. En een gratis drankje, maar we hadden al All Inclusive.

Op één van mijn laatste werkweken in mijn schoolloopbaan overkwam mij hetzelfde in Parijs. We waren met tien jongens en twee begeleiders in de Franse hoofdstad. Jongens, de meeste waren voetballer van HVC’10, Monster of  FC ’s-Gravenzande, met een beperkte culturele bagage (So what Mona Huppeldepup), ach de Eiffeltoren oké, maar de PSG-sportwinkel op de Champs Élysée was voor hen het meest interessant.  We hadden geen kind aan ze. Om vijf uur meldden ze zich keurig op tijd op het terras waar ik met een collega een alcoholische versnapering dronk. ’s Avonds in een cafeetje wat drinken en met z’n allen voetbalkijken naar de CL met Ajax in plaats van een romantische boottocht over de Seine.

Tot een Egyptische kolonie kinderen de Elfde Plaag had ontdekt: schreeuwen, hollen, bonken. Mijn vrouwelijke collega (die verhaal ging halen) maakte weinig indruk op de ook van drank voorziene kinderen. De leerkrachten lagen waarschijnlijk onder zeil. Misschien keken hun discipelen wel horrorfilms, moeten ze gedacht hebben. Frans was niet hun voertaal, wel die van mijn collega die de receptie informeerde. Een uur later stond de politie voor de deur, de hele delegatie stond weer een uur later buiten in Egyptische duisternis. Sliepen onder de bruggen over de Seine, een voorloper van Ter Apel.

Onze tien ‘stoere’ voetbaljongens hadden geen poot uitgestoken. En morgen moesten we weer door de stad slenteren zonder een oog te hebben dichtgedaan.

De oorvijg van onze buurman werd een worsteling van een overspannen buitenlandse wielrenner. In Vlaanderen zou Van der Poel een ijzeren medaille hebben gekregen wegens getoonde moed. Hun kinderen een aantal oorvijgen. In Australië klagen ouders je meteen aan in plaats van hun kinderen te straffen. Een week de hotel matten uitkloppen, als je zo graag wil kloppen. Ja, ze hadden zo’n coronacrisis meegemaakt. Wie niet?

Ik blijf ondanks alle social media berichten achter Mathieus worsteling staan. Hij hoeft van mij geen douw te krijgen. Arie Boomsma zal wel oproepen om voortaan geen Alcepin-shampoo reclame uit te zenden.  Zo’n wielrenner wordt depressief: ik wil geen tweede Dumoulin meer.

En wat ook niet onbelangrijk is. Mijn vrouw steunt me. We hebben net geboekt voor een weekend Van der Valk. Only Adults.

Lees verder