Tom Beugelsdijk (foto) kwijnt weg bij Keuken Kampioen Divisionist Helmond Sport. Dat is althans de analyse van het Eindhovens Dagblad over de huidige situatie van 32-jarige Hagenaar, wiens transfer afgelopen seizoen naar Helmond sensationeel te noemen was.
Tekst: Peter Petit
Inmiddels zijn we negen maanden verder en is Beugelsdijk de laatste achttien wedstrijden niet meer in actie gekomen voor de ‘kattenmeppers’.
De liefde is bekoeld en het ED vraagt zich af hoe het nu verder moet. Het begin bij de club uit Noord-Brabant was veelbelovend. Met uitzondering van de eerste drie wedstrijden, waarin hij ontbrak vanwege een schorsing voor gokken op eredivisieduels in zijn tijd bij Sparta, speelde hij tot aan de WK-stop alle wedstrijden voor Helmond Sport. De laatste zeventien wedstrijden maakte hij, op een uur spelen in een oefenpotje tegen Willem II na, geen minuut meer voor de ambitieuze club.
Breuk
In de hiërarchie staat Beugelsdijk nu zelfs op de vierde plek, na Mees Kreekel, Flor van den Eijnden en Bram van Vlerken. De terugkeer van Jurgen Peeters als technisch manager en de komst van de Belgische trainer Bob Peeters aan het begin van dit jaar hebben niet in het voordeel van Beugelsdijk gewerkt. Het ED vraag zich af of een breuk dreigt op De Braak, het complex van Helmond Sport. ,,Met een salarispost waar menig Kamerlid jaloers op zou zijn, vormt hij inmiddels een hoofdpijndossier”, zo laat de krant uit de Lichtstad weten. Volgens het ED kwijnt Beugelsdijk weg op de bank, maar zijn contract loopt nog wel twee jaar door. ‘Hoe nu verder?’, vraagt de krant zich af. Een vroegtijdig vertrek waarin zowel club als speler water bij de wijn doen? Houdt Beugelsdijk zijn poot stijf, wat zijn goed recht is?’
Balen
Beugelsdijk zelf laat weten te balen van het huidige seizoen, maar van een voortijdig vertrek wil hij niets weten. ,,Er moet gewoon een tandje bij, ik moet rustig blijven”, zo laat hij aan de krant weten. ,,Ik heb vertrouwen in mijzelf.” Beugelsdijk is momenteel herstellende van een liesoperatie, woensdag mag hij weer beginnen te trainen. Beugelsdijk: ,,De vraag is dan wel hoe ik ervoor sta en hoe snel ik weer mee kan doen.”
(Foto: Orange Pictures)