Woody Louwerens

Op 2 december 1945 beviel Dien Louwerens in de toenmalige Bethlehem- kliniek van een zoon. Deze rooms-katholieke kraamkliniek was aan de Prinsessegracht 8 in Den Haag gevestigd. Vader Wout en Dien noemden de kleine Wouterus. Wouterus ?? We kennen  hem toch als Woody? Dit dan eerst maar even uitzoeken, hoe dit in elkaar steekt. Vader Wout had een Engelse tante, die hem Wood noemde en toen moeder Dien zwanger was, zei die tante, dat ze de kleine maar voor het gemak Woody  ging noemen, daar Wouterus voor haar tamelijk onuitspreekbaar was.  Ook weer opgelost. Woody, zoals we hem vanaf nu zullen blijven noemen, groeide op in de Driebergenstraat. Vader Wout was huisschilder en begon op 40-jarige leeftijd een eigen bedrijf. De kleuterschool, die kleine Woody bezocht was in de Kootwijkstraat. Uiteraard werd er eerst op straat gevoetbald. De lagere schooltijd bracht Woody door in de Baambruggestraat, waar ook een veldje was, waar hij regelmatig tegen een balletje trapte. Hoewel zowel vader als moeder niet sportief actief waren, waren ze wel sportminded. Woody ging dan ook regelmatig aan de hand van pa mee naar het Zuiderpark, om achter de goal onder de klok naar ADO te kijken. Vader Wout zag ook wel, dat zijn zoon helemaal gek was van het spelletje en op 10-jarige leeftijd in 1955 gaf hij de kleine op bij ADO. Woody werd als voetballer ingedeeld bij de Luipaarden. Uit die tijd herinnert hij zich nog keeper Robbie Pronk en voetballer Tonny van der Voorn. Hij weet nog goed, dat ze bij de training op woensdagmiddag in een rij moesten staan en een balletje naar de trainer moesten schieten. Zijn trainers waren David Westhoven en later Rinus Loof. Tijdens een training werd er gevraagd, omdat er te weinig keepers waren, wie er wilde keepen. Daar zag Woody wel brood in en de volgende zaterdag stond hij tijdens een wedstrijd in de goal.  Na de lagere school ging hij  naar de Handelsulo in de Hulststraat.

Op bovenstaande foto van het C1-elftal, waar Hans Wijnants leider van was, zit Woody rechts onder geknield met de bal. Links van hem Dies Lukker en  staande tweede van rechts Adje Elslander. Op 13-jarige leeftijd werd Woody het keepersvak verder bijgebracht door de toenmalige keeperstrainer Hans Verbeek. Hans vertelt, dat Woody een prima jongen was, zeer leergierig en dat hij er zeker potentie in zag. Men kan dan ook wel stellen, dat Hans de ontdekker van Woody was. Na het behalen van het ulo-diploma ging hij naar de derde klas van de Mulo, die ook in de Hulststraat was gevestigd. Zowel met de C als de B maakte hij kampioenschappen mee.

Deze actiefoto werd genomen tegen Ajax A1 in De Meer. Harry Vos springt links met Woody mee. Vóór Woody springt Wim Mulder mee.

Als 2e jaars B werd hij overgeheveld naar de A, omdat er door blessures keepersproblemen waren. De eerste wedstrijd staat hem nog goed voor de geest. Nerveus als hij was, moest de tegenpartij een corner nemen. Hij gaf aanwijzingen en zei tegen Theo van der Burch : Kanarie bij de eerste paal. Theo draaide zich om en zei : de naam is Van der Burch. Met de Kerst kreeg de 14-jarige Woody van zijn ouders een 14-daagsabonnement voor de HOKIJ, de schaatshal op Houtrust. Daar zag hij een meisje schaatsen. Het was liefde op het eerste gezicht, Woody liet Wil den Haas niet meer los.

Na het behalen van het mulo-diploma in 1963 zag moeder Dien een advertentie in de krant, dat er een loketbeambte werd gevraagd bij de Postbank. Hij ging er solliciteren en werd aangenomen. Daar hij de hele dag moest werken, bleef er overdag geen tijd over om te trainen. De toenmalige trainer, Jan Becker, had de oplossing. ’s Morgens om zeven uur stond Woody met nog een aantal spelers op het ADO-veld om te trainen. Toen werd het  winter en het veld was keihard. Dit hielden ze een aantal weken vol, maar haakten daarna af.

HOLLAND SPORT

Een oom van Woody werkte bij drukkerij Wieringa en sprak met Mick Clavan, die daar ook werkzaam was en van ADO overgestapt was naar Holland Sport.  Hij zei, dat hij een neefje had, die aardig kon keepen en in de A-jeugd van ADO speelde . Mick, die erg goed op kon schieten met trainer Denis Neville, regelde voor Woody een proeftraining en deze zag wel wat in de jonge keeper, die prompt een contract kreeg aangeboden. Woody ging naar de leider Nico de Groot van ADO en vertelde dit. De Groot zei, dat hij wel met het eerste kon meetrainen, maar nog geen contract zou krijgen. Wellicht later wel. Woody had de ervaring, dat dit al aan meerdere spelers was beloofd, maar dat daar meestal niets van terecht kwam. Dus stapte hij in 1964

over naar Holland Sport. Foto boven : Woody rechts met trainer Denis Neville.

Op bovenstaande foto staat Woody rechts bovenaan. Op de middelste rij uiterst rechts trainer Denis Neville en direct links van hem Mick Clavan. Onderste rij 2e van links Jaap Advocaat en direct rechts van hem Fred Prosman.

Ook weet Woody de bedragen van het contract nog goed. Jaarcontract voor fl 1500,00, voor een gewonnen wedstrijd fl 80,00, bij een gelijkspel fl 40,00 en bij verlies noppes. Pa Wout zei wel tegen hem, dat er een miljoen voetballers moesten betalen om te voetballen, maar dat er misschien maar duizend waren die geld ontvingen. Dit heeft Woody zeker ter harte genomen gezien zijn verdere maatschappelijke carrière. Het eerste jaar keepte hij regelmatig in het eerste. Daarna moest hij vaker op de bank zitten, omdat Pothof en later Van Vianen hem voorbij streefden. Een geluk bij een ongeluk was, dat Woody niet in dienst hoefde, omdat hij een scheurtje in zijn trommelvlies had. Dit is met een plastictrommelvlies hersteld en heeft er nooit meer problemen mee gehad. Omdat hij nog geen rijbewijs had, haalde Mick hem voor trainingen en wedstrijden altijd op in de Driebergenstraat. Dit had zowel voor als nadelen. Na afloop van een wedstrijd werd er door Wim Anderiesen, Jan Fransz en Mick altijd nog een afzakkertje gehaald bij Café Jonas. Dit was een soort woonhuis in de Suezkade. Er werd dan altijd strijk en zet gezegd: 3 bier en 1 chocomel voor deze meneer. Men hoeft zich niet af te vragen, voor wie die chocomel en die meneer was. Ondanks de thuiswedstrijden werd het dus toch vaak een latertje. Ook voorzitter Kroesemeijer deed nog wel eens een duit in het zakje. Als men bij uitwedstrijden gewonnen had, werd er  feest gevierd op de boot van hem aan de Nieuwkoopse Plassen,  waar de broodjes paling en drank gretig aftrek vonden. Echter, moest men bijvoorbeeld naar Maastricht en had men van MVV verloren, dan ging men linea recta naar Den Haag terug, zonder ook maar iets te eten.

Op de foto Woody Louwerens in actie tegen Xerxes.

In 1966 nam Cor van der Hart het trainersstokje van Denis Neville over. Ook trok Kroesemeijer weer wat geld uit om spelers aan te kopen. Zo maakten Henny den Engelse, Theo Verlangen en Martin van Vianen de overstap van ADO naar Holland Sport en tevens werd Sjaak Roggeveen van DHC aangetrokken. Echter, de promotie bleef dat seizoen uit.

SEIZOEN 1967-1968

In 1967 stapte Woody met Wil den Haas in het huwelijksbootje.

Ook in het nieuwe seizoen werden er bij Holland Sport weer nieuwe spelers aangetrokken. Uit Joegoslavië kwamen Branimir Vratnjan en Valjko Aleksic en van NAC kwam Arie Don over. Het werd een prima seizoen en op 26 mei 1968 werd promotie bewerkstelligd door met 2-1 te winnen van De Volewijckers. Holland Sport moest nog 1 punt halen om zich officieel kampioen te mogen noemen. Dit moest gebeuren in de laatste wedstrijd uit tegen Cambuur op 3 juni. De Friezen kwamen al snel op voorsprong, maar 9 minuten voor tijd mocht Holland Sport een penalty nemen. Zonder ook maar een spatje zenuwen schoot keeper Martin van Vianen onberispelijk de bal binnen en het kampioenschap was een feit en men kon zich opmaken voor de Eredivisie.

Op bovenstaande foto kijkt Piet van Miert gespannen toe, hoe Woody de bal uit de lucht plukt.

Heel Den Haag keek natuurlijk uit naar de derby tussen ADO en Holland Sport. Op 25 augustus 1968 was het dan eindelijk zo ver. De wedstrijd op Houtrust werd door de roodgroenen met 1-3 gewonnen.

Begin 1969 kregen Wil en Woody gezinsuitbreiding en werden verblijd met zoon Jean Pierre en eind 1970 kreeg Jean Pierre er een broertje bij, Christophe genaamd.

Tijdens een gesprek met teamgenoot Jaap Advocaat over het werk, zei Jaap, dat er in Scheveningen een beheerder van een bankfiliaal werd gevraagd. Dit vond Woody wel erg interessant. Na een sollicitatie stapte hij in 1969 van de Postbank over naar de Nutsspaarbank en ging dit kantoor beheren.

SEIZOEN 1970-1971

Dit zou een zeer merkwaardig seizoen worden.

Woody keepte door blessures dit seizoen regelmatig in het eerste van Holland Sport en deed dit voortreffelijk. Tegen Feyenoord uit hield hij de nul met tal van onmogelijke reddingen.

Foto hierboven is genomen tijdens de wedstrijd Ajax-Holland Sport 2-1.

Hij kan zich deze wedstrijd als de dag van gisteren nog heel goed herinneren. Hij keepte een formidabele partij en stopte een penalty van Dick van Dijk bij een stand van 1-1. Benny Muller (overgestapt van Ajax naar Holland Sport) maakte uit een vrije trap de 2-1, maar werd ten onrechte door scheidsrechter Frans Derks afgekeurd. Door een buitenspeldoelpunt van Sjaak Swart werd het 2-1 voor Ajax.  Links op de grond ligt Johan Cruijff met nummer 14. Geheel rechts op de foto de op de grond liggende, juichende Sjaak Swart. Tijdens de thuiswedstrijd tegen Ajax moest Woody voor de wedstrijd ’s morgens bij het bestuur komen. Daar men bang was, doordat hij zo goed presteerde, dat hij een transfer zou gaan maken. Het bestuur bood hem dan ook een mooi contract aan, waarop hij geen nee kon zeggen en tekende voor vijf jaar.

FUSIE ADO EN HOLLAND SPORT

Op 21 mei 1971 stemde de Verenigingsraad van ADO in met de fusie en de nieuwe naam FC Den Haag ADO. De profs gingen spelen onder de naam FC Den Haag, de jeugd en amateurs gingen verder als ADO. Dit impliceerde, dat Sjaak Roggeveen, Paul Roodnat en Woody, die nog een vierjarig contract had, de overstap naar het Zuiderpark maakten. Daar hij altijd zijn maatschappelijke  carrière op de eerste plaats zette, was het geen optie voor hem om overdag te moeten trainen. Hij onderhandelde met Eddie Hartmann over een afkoopsom, maar daar kwamen ze niet uit. Dit betekende, dat hij ’s avonds met het tweede onder leiding van Rinus Loof moest trainen.

Foto boven van het tweede elftal van FC Den Haag. Bovenste rij van links naar rechts : Kees Storm, Boudewijn de Geer, Leo de Caluwé, Woody Louwerens, Fred Schoonderwoerd, René Vreeswijk, Dick van der Meer, Frans Evers en trainer Rinus Loof. Zittend van links naar rechts : Rob Monnee, Hugo Lochtenbergh, Peter Landers, Dick van der Wulp, Wim Berckenkamp, Joop Quellhorst, Martin Toet en Barend van Hijkoop.

Woody zelf zegt, dat hij de mooiste wedstrijden vanaf de bank heeft gezien. Hij vond Ton Thie echt een topper, die – als hij bij Feyenoord of Ajax had gezeten – gegarandeerd voor het Nederlands Elftal was uitgekomen. Hij lag ook altijd tijdens de reisjes op de kamer met Ton Thie. Als deze korter dan 3 dagen duurden ging er een halve fles Bokma mee, duurde de trip langer werd er een hele liter gekocht. Een van de mooiste herinneringen was het winnen van de bekerfinale in 1975. Ook het NCRV Mini Voetbaltoernooi in Ahoy’ was een geweldig spektakel. De grondlegger en commentator van dit evenement was Joop Niezen.  Ahoy’ was volledig uitverkocht en de kijkcijfers op de televisie waren enorm. Onder de naam Den Haag deden de spelers van ADO mee. Zij speelden de finale tegen Zuid-Nederland, waar een fors aantal spelers van NAC aan mee deed. De namen van de voetbalverenigingen mochten niet gebruikt worden, omdat de KNVB dit niet toestond. De finale werd door de Hagenezen gewonnen.

Foto boven van het zaalvoetbalteam: staand van links naar rechts John van de Watering  (materiaalman), Laurens Dijkgraaf, René Pas, Joop Jochems, Lex Schoenmaker, Piet de Zoete en Didi Vathouder (leider).  Geknield van links naar rechts: Harry Vos, Aad Mansveld, Leen de Graaf en Woody Louwerens.

Zoals al vermeld ging voor Woody de maatschappelijke carrière boven het voetbal. In 1972 werd hij gevraagd om betrokken te willen worden bij de commerciële afdeling. Ondanks zijn werkzaamheden overdag en de trainingen ’s avonds zag hij ook nog kans om meerdere bankcursussen en diverse managementtrainingen te volgen, die hem later goed van pas kwamen. Tevens haalde hij ook zijn D-diploma om eventueel later trainer te worden.

NAAR LENIG EN SNEL EN TERUG NAAR HET ZUIDERPARK

In 1975 liep het contract van Woody af. Martin van Vianen was trainer geworden van Lenig en Snel en vroeg hem om bij deze club te komen keepen. Dit vond hij wel een leuk idee, om op deze manier nog actief in de voetballerij te blijven. Echter, door een blessure van Ton Thie belde Herman Choufoer Woody op en vroeg hem terug te keren naar het Zuiderpark. Dit kon Woody niet weigeren en tekende voor 1 jaar. Na dit seizoen, waarin hij geen wedstrijd keepte, verliet hij het Zuiderpark als actief speler. Wel heeft hij zich verdienstelijk gemaakt als bestuurslid en zich bezig gehouden met de sponsorcommissie (10 jaar). Daarna was hij nog vicevoorzitter van de FC  gedurende 5 jaar.

POSTALIA

Daar Christophe, zijn jongste zoon, voetbalde bij bovengenoemde vereniging, ging Woody regelmatig kijken. Op de helft van het seizoen 1976 kon de seniorenselectie het niet meer zo goed met de toenmalige trainer vinden (men vond hem te professioneel en men mocht niet zaalvoetballen) en Woody werd gevraagd voor de groep te gaan staan. Hoewel hij niet stond te springen deed hij het toch. Bij de eerste training had hij een gesprek met de selectiespelers en zei, dat hij de eerstkomende wedstrijd het op hun manier zou proberen, maar mocht dit geen succes worden, dan werd het restant van de wedstrijden op zijn manier gedaan. Enfin, de eerstvolgende wedstrijd werd kansloos met 4-0 verloren. Hierna kon hij volgens afspraak zijn wil doorzetten en Postalia werd gespaard voor de degradatie. Het seizoen daarop vond hij het leuk om weer in de goal te gaan staan. Hij haalde wat oudere spelers terug en werd kampioen van de 4e klas en promoveerde naar de derde klas. Helaas was dit van korte duur, want de geroutineerde ‘oudjes’ stopten en Postalia degradeerde weer naar de 4e klas. In 1978 stopte hij met keepen en het trainerschap. Op zijn 37e jaar met rugnummer 37 maakte hij het kampioenschap als linksbuiten met de veteranen van Postalia mee.

MAATSCHAPPELIJKE CARRIÈRE

Zoals reeds vermeld stond zijn maatschappelijke carrière altijd op de eerste plaats. Hij werd nauw betrokken bij de fusies van de Nutsspaarbank naar de VSB bank en later met de overgang naar Fortis. Hij werd districtdirecteur en vijf jaar later werd hij één van de acht regiodirecteuren. Van een klein kantoortje in Scheveningen met één man personeel had hij nu 400 man onder zich. Op zijn 56e  jaar ging hij met pensioen. Dit wil niet zeggen, dat hij helemaal niets meer ging doen. Samen met Henk Werkhoven (ex-voorzitter FC), Paul Kapel (bestuurslid realisatie stadion) en Jan Toet (ex-penningmeester FC) is hij een adviesbureau. Hij heeft onder meer een vijfjarenplan uitgewerkt voor De Uithof.

Terugkijkend op zijn voetbalcarriére heeft hij zeer goede voetballers meegemaakt. Om er maar een paar te noemen : Ton Thie, Aad Mansveld, Jan Fransz en Mick Clavan. Voetbal ziet hij alleen nog maar op de televisie en gaat niet meer naar het stadion. Het risico, dat hij geen aantrekkelijk voetbal ziet, is volgens hem te groot. Zelf zegt hij, dat je niet moet terugkijken in de tijd, maar het is een feit, dat vroeger het aantrekkelijke voetbal primair stond en nu alleen het resultaat heilig is. Ook kijkt hij veel andere sporten, waaronder honkbal. Dit heeft hij zelf ook nog een blauwe maandag gespeeld als verre velder.

 

Tom Clavan